Tram Wiki
Advertisement
Tandemaandrijving
De tandemaandrijving van een DUEWAG Baureihe L tram in Frankfurt am Main

De tandemaandrijving is een bijzondere motorophanging in het draaistel van een tram. De techniek werd door de Duitse fabrikant DUEWAG in Düsseldorf ontwikkeld en vanaf 1954 in praktisch alle nieuwe trams gebruikt.

Tot in de jaren '50 was de tramophanging de meest gebruikte techniek. Voor iedere aangedreven as was doorbij ook een eigen aandrijfmotor nodig. Bij de vierassige Großraumwagen met draaistellen betekende dat dat er vier motoren nodig waren, wat de wagen ook verhoudingsgewijs duur maakte. Daarom werd tot in de jaren '20 bij voorkeur gebruik gemaakt van het goedkopere Maximumdraaistel, waarbij slechts één as wordt aangedreven.

Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde DUEWAG de zogenaamde tandemaandrijving, waarbij de beide assen van het draaistel door slechts één motor worden aangedreven. De motor bevindt zich daarbij in de lengterichting van het draaistel. Aan beide einden van de motor is een haakse overbrenging gemonteerd die allebei een as aandrijven. Het voordeel is de hierbij slechts één motor nodig is, maar beide assen worden aangedreven. Tegenover de eerdere wagens bezitten de met tandemaandrijving uitgeruste wagens een aanzienlijk hogere aanzetversnelling. Ook schommelneigingen worden gereduceerd, iets wat bij wagens met aandrijving op slechts één as een probleem is bij minder goed onderhouden baanvakken. Het nadeel is dat beide wielen een gelijke slijtage moeten vertonen.

Vanaf 1954 rustte DUEWAG, die sinds 1951 nog van normale draaistellen waren voorzien, met de nieuwe aandrijving uit. Ook de gelede wagens die sinds 1956 geleverd werden waren voorzien van tandemaandrijving. Slechts enkele bedrijven, zoals de Vestische Straßenbahnen of het trambedrijf van Kiel kozen voor andere aandrijving, zoals de tramophanging of de Sécheron-Lamellenaandrijving. In nieuwere wagens zoals het Type Mannheim, Stadtbahn B of de Stadtbahn M/N werden eveneens tandemaandrijvingen gebruikt. In licentie werden ook door andere fabrikanten, zoals MAN bij de T4 van het trambedrijf in Nürnberg, gebruik gemaakt van deze aandrijving. Bij lagevloertrams wordt meestal geen gebruik gemaakt van draaistellen, maar van EEF constructies. Wagens met een gedeeltelijke lagevloer, zoals de MGT6D bezitten daarentegen gedeeltelijk draaistellen voorzien van tandemaandrijving.


Technologie Icoon technologie

Infrastructuur: Boogstraal · Eindpunt · Groefrails · Halte · Keerdriehoek · Keerlus · Kopeindpunt · Oplegwissel · Rails · Strengelspoor · Wissel


Signalisatie: Lijnkleur · Negenoog · Richtingfilm · Vecom · Vetag


Stroomafname: APS · Bovenleiding · Muurrozet · Pantograaf · Sleepbeugel · Trolleystang


XXXXX: Draaistel · Jacobsdraaistel · Tandemaandrijving · Tramophanging


XXXXX: Gelede tram

Advertisement